Over BovINE

België

BovINE - Beef Innovation Network Europe

BovINE verenigt een consortium van 18 organisaties uit 10 Europese landen. Het gevarieerde consortium bestaat uit onderzoeksorganisaties, landbouwers- en rasverenigingen, non-profitorganisaties en kleine en middelgrote ondernemingen. Elke partner heeft een specifieke rol binnen het project. Op deze pagina kunt u informatie vinden die direct relevant is voor uw eigen land.

Waar ben je naar op zoek?

BovINE Tijdschrift: Duurzaamheid en rundveehouderij in België

BovINE heeft een tijdschrift uitgebracht over de rundveehouderij en duurzaamheid in België. Lees over de toestand van de rundveehouderij en de praktische oplossingen die het BovINE-project gedurende het 3 jaar durende project heeft nagestreefd.

Gebruik de knoppen onderaan het scherm om in te zoomen of het tijdschrift in een volledig scherm te openen.

BovINE in België - nationale netwerkbijeenkomst september 2022

Dirk Audenaert, Riet Desmet en Karen Goossens brachten voorbeelden van goede landbouwpraktijken en innovaties uit de 8 andere deelnemende landen van het BovINE project. Elke jaar worden omtrent economie, dierengezondheid, milieu en productie-efficiëntie nieuwe thema’s gekozen. Het is bijzonder interessant om ideeën uit te wisselen en om te weten welke thema’s ook in andere landen volop leven. Welke uitdagingen zijn de zelfde en welke oplossingen worden hiervoor gezocht?

Zo’n 40 vleesveehouders waren aanwezig. De opkomst was lager dan verwacht, maar de vroege oogst van de maïs in 2022 was niet te verwachten. De uitwisseling van ideeën en informatie was evenwel bijzonder leerrijk. Zowel veehouders, onderzoekers en veevoederadviseurs waren aanwezig.

Een belangrijk thema dat reeds herhaaldelijk aan bod kwam binnen BovINE was de vleeskwaliteit. Toon Rombouts van de Universiteit Gent , bracht ons inzicht in dit thema. Hij wees op de verschillende systemen die wereldwijd worden gebruikt om hier op een meer objectieve manier metingen te doen. Het Australische systeem (AMS) is evenwel niet zomaar over te planten naar de Belgische situatie wegens de specifieke kwaliteiten van het Belgisch Witblauw vlees.

Joris Coenen van de VLAM schetste een mooi beeld van de handel in rundvlees in de wereld, in Europa en in Belgïe . De laatste maanden geven de verbruikcijfers van rundvlees geen positief beeld door de sterk gestegen inflatie. De rundvleessituatie in België is vrij specifiek, omdat het overgrote deel van de vleesveeproductie voor de eigen markt is, waar de betere stukken vlees verkocht worden. De karkassen van mindere kwaliteit zijn vooral voor de export bestemd. Het aandeel van melkveekarkassen is de laatste jaren wel duidelijk toegenomen (schrappen indien nodig).

Leerrijk was dit netwerkmoment zeker en vast.

De link voor het eerste artikel vind je  hieronder: https://www.boerenbond.be/actualiteit/vleesveelanden-zoeken-inspiratie-bij-elkaar

Netwerk Manager - Dirk Audenaert, Boerenbond

Ik ben Dirk Audenaert en al 25 jaar rundveeconsulent bij de Boerenbond. In die functie kom ik in direct contact met de rundveehouders en focus ik mij vooral op de bedrijfseconomische resultaten. Met de FOCUS boekhouding van Boerenbond zoek ik  samen met de veehouder naar de belangrijkste verbeterpunten om zijn economisch rendement te verbeteren.

De vleesveesector in België neemt binnen Europa een unieke positie in door de dominantie van het Belgische Witblauw ras. Gepassioneerde veehouders slagen erin om met dit dikbilras op de dure Vlaamse landbouwgronden rundvlees te produceren. Andere vleesrassen zijn in mindere mate vertegenwoordigd in Vlaanderen.

Als Netwerk Manager in Vlaanderen zou ik graag de brug vormen tussen de wetenschap en de praktijk.  Ik hoop dat we in Vlaanderen een netwerk kunnen vormen van vleesveehouders , adviseurs en andere stakeholders uit de retail . We gaan op zoek naar goede landbouwpraktijken  op een Europees niveau.

Prioritaire onderwerpen voor 2022

De acht nieuwe prioritaire thema's voor het derde jaar van het project zijn nu vastgesteld en bevestigd. Deze thema's zijn door de vier technische werkgroepen van BovINE vastgesteld via een reeks vergaderingen en besprekingen met landbouwers, hun adviseurs en ondersteunende landbouwnetwerken op plaatselijk, nationaal en transnationaal niveau. 
Volledige beschrijvingen van nieuwe prioritaire onderwerpen:

Al tientallen jaren is er een debat gaande over een eerlijkere verdeling van de toegevoegde waarde tussen de verschillende actoren in de voedselvoorzieningsketens. De toenemende macht van grootwarenhuizen wordt steeds naar voren geschoven als één van de oorzaken van een oneerlijke verdeling van de winstmarges en onevenwicht tussen vraag en aanbod. Beleid op alle niveaus (EU en nationale regeringen) probeert in te grijpen om gelijke marktvoorwaarden voor de economische actoren tot stand te brengen en de buitensporige macht en controle door de detailhandel te beperken.  Producentenorganisaties zijn opgericht om de macht van boeren ten opzichte van slachthuizen en detailhandelaren te vergroten. Korte keten verkoop kan worden beschouwd als een alternatief om meer toegevoegde waarde op het landbouwbedrijf te houden. Op het eerste gezicht lijkt rechtstreekse verkoop via korte keten zeer aantrekkelijk, maar deze strategieën vergen een gerichte aanpak om succesvol te zijn.

Sinds 2021 zijn de prijzen van grondstoffen voor diervoeders aanzienlijk gestegen. De prijzen van sojabonen zijn sinds 2020 omhoog geschoten als gevolg van de toegenomen wereldvraag, die voornamelijk wordt uitgelokt door de vraag uit China. Dit land bouwt zijn varkenspopulatie uit na de dramatische gevolgen van de Afrikaanse varkenspest. De graanprijzen zijn in een lager tempo gestegen, maar hebben ook een piek bereikt. Met name de prijs van maïs is gestegen van 220 euro/ton in januari 2021 tot 260 euro in januari 2022.

Deze tendens stelt de rundveehouderijen voor de uitdaging hun economische kwetsbaarheid te verminderen door op zoek te gaan naar alternatieve voedermiddelen. De productie van diervoeders op het eigen bedrijf kan aantrekkelijk zijn, aangezien dit de zelfvoorzieningsgraad kan verhogen. Er zijn verschillende opties voor de veehouders, maar deze worden sterk bepaald door de individuele bedrijfssituatie. Grasland gebaseerde bedrijven moeten op zoek naar andere alternatieven dan bedrijven die hoofdzakelijk afhankelijk zijn van akkerbouwgewassen. Alternatieve voeders kunnen ook op de markt worden gevonden, maar hun energie- en eiwitgehalten moeten verenigbaar zijn met de groeibehoeften van vleesrunderen. Verder mag het alternatieve voeder niet de uiteindelijke vleeskwaliteit niet negatief beïnvloeden.

De insleep van ziektes is een groot probleem wanneer kalveren van andere bedrijven worden aangekocht. Dit thema is gericht op mogelijke instrumenten om de insleep van ziekten op de aankoopbedrijven te voorkomen, waaronder vaccinatieprogramma’s.

 

  1. Er wordt gezocht naar hulpmiddelen om de potentiële risico’s vóór de aankoop te beoordelen, met inbegrip van maar niet beperkt tot gezondheidsstatus, voeding, management en immuunstatus.
  2. De nadruk ligt daarbij op het vinden van betrouwbare controle indicatoren voorafgaand aan de aankoop die de potentiële gezondheidsrisico’s kunnen beoordelen.
  3. We zoeken naar oplossingen om het risico van insleep van ziekten te minimaliseren, zoals vaccinatiestatus en vaccinatieprogramma’s, alsmede het beheer van dieren na aankoop.
  4. Het binnenbrengen van kalveren van andere bedrijven kan ook andere problemen die geen verband houden met ziekten en gezondheidsstatus van de veestapel met zich meebrengen, groepsgrootte, voederpraktijken, inrichting van de voorzieningen, vervoer, enz.

 

Netwerk Manager Verfijningen:

  • Voor zowel koper als verkoper
  • Voor kalveren (<6weken)
  • Jaarlingen (<9maanden)
  • Grensoverschrijdende goede praktijken kunnen ook nuttige gezondheidscontroles zijn voor dieren die reizen van Frankrijk naar Italië, van Ierland naar Italië)

In verschillende landen gelden verschillende regels voor de opleiding van veehouders, verzorgers of transporteurs van dieren, met name op het gebied van dierenwelzijn. In dit onderwerp wordt niet ingegaan op de verschillende regelgeving in elk land, maar wel steeds gebaseerd op de algemene beginselen voor de omgang met vleesvee, en met als doel stress te verminderen en het welzijn van runderen, onder meer tijdens het transport, te verbeteren. Tijdens het wegen en vervoeren staan runderen bloot aan verhoogde stress. Om deze stress te minimaliseren spelen zowel de ervaring van transporteur/veehouder een rol alsook de specifieke inrichting en apparatuur.

  1. Het onderwerp is gericht op het vinden van instrumenten en dierenwelzijnsindicatoren voor vleesvee waarmee het dierenwelzijn in een bedrijfsomgeving kan worden beoordeeld en die gemakkelijk kunnen worden toegepast door veehouders, maar ook door dierenbehandelaars, transporteurs en personeel van slachthuizen.
  2. Binnen dit thema wordt gezocht naar concepten en/of opleidingsprogramma’s voor het stressvrij behandeling van runderen, vooral tijdens het wegen en vervoeren, met inbegrip van innovatieve ontwerpen van apparatuur en voorzieningen die het welzijn van de dieren verbeteren, verwondingen voorkomen en de stress tijdens de behandeling verminderen.

Netwerk Manager Verfijningen:

  • Opleiding in dierenwelzijn voor zowel exploitanten als landbouwers

De opleidingen mogen niet afgestemd zijn op de EU-verordeningen, anders zal in elke regio eenzelfde soort goede praktijken worden gehanteerd.

Instrumenten of methoden die op het bedrijf of in de slachtlijn kunnen worden gebruikt om de karkaskwaliteit (bevleesdheid en afmesting, samenstelling van het karkas, retail yield, enz.) en de vleeskwaliteit (kleur, pH, ribeye-oppervlak, marmering, vetdikte, malsheid, veiligheid, enz.) van vleesrunderen te meten of te voorspellen.  

 In het kader van dit onderwerp hebben wij “instrument” gedefinieerd als elk instrument of elke methode die kan worden gebruikt om kenmerken van karkas- en vleeskwaliteit te meten of te voorspellen, op de boerderij of in het slachthuis. Op het bedrijf helpen deze evaluaties bij het nemen van beslissingen over het beheer, zoals het bepalen van het slachttijdstip. In de slachthuizen zouden zij het mogelijk maken de karkassen in te delen volgens hun potentiële waarde en, onder andere, transparantere betalingssystemen op te zetten en homogene producten te garanderen. Bovendien zouden sommige instrumenten kunnen worden gericht op kwaliteitskenmerken van vlees, zodat karkassen en deelstukken zouden kunnen worden ingedeeld volgens de verwachtingen van de consument. Op beide locaties (boerderij en slachthuis) kunnen de verzamelde gegevens worden gebruikt voor de genetische verbetering van dieren.   

Voor dit thema stellen wij voor innovaties te verzamelen om de volgende variabelen te evalueren:  

 Karkaskwaliteit: de indeling van runderkarkassen (bevleesdheid en vetmesting) in de EU (SEUROP) is gebaseerd op visuele patronen. Vervanging van de visuele beoordeling door automatische systemen zou kunnen zorgen voor nauwkeuriger en objectievere gegevens, wat een groter wederzijds vertrouwen tussen de betrokken belanghebbenden kan opleveren. Bovendien zou de voorspelling van verkoopbaar vlees zeer nuttig zijn voor een efficiëntere productie.   

Vleeskwaliteit: hiertoe behoren intrinsieke vleeskenmerken, zowel gemeten als voorspeld, zoals zichtbaar vet, vlees- en vetkleur, pH, grootte van de biefstuk, en eetkwaliteit (malsheid, smaak, sappigheid). Ook de veiligheid, zoals bacteriële besmetting, kan worden beoordeeld.  

 

Netwerk Manager Verfijningen:  

  • Hoe wordt het levende dier geëvalueerd vóór het slachten (conf, vetscore)?  
  • Welke systemen bestaan er in de partnerregio’s in de fabrieken om de EUROP-schaal toe te passen? (mechanische of manuele sortering?)  
  • Welke informatie wordt teruggekoppeld naar de boeren in elk land (gewicht van het karkas, enz.)?  
  • Welke informatie wordt teruggekoppeld naar de leveranciers?  

Genetische, voedings- en managementfactoren die op rundveehouderijen worden toegepast om de vleeskwaliteit, zoals marmering, malsheid en kleur, te verbeteren of te verhogen.  

Het gehalte aan intramusculair vet, dat visueel wordt waargenomen als witte vlekken of een streep in de spieren, bepaalt het marmeringsniveau in het vlees, dat positief wordt geassocieerd met mals, smaakvol en sappig rundvlees en waarvan de consumenten zich bewust worden (Kang et al. 2022, Meat Science 186, 108730). De marmering kan door middel van praktijken op het landbouwbedrijf worden gewijzigd om de toegevoegde waarde en de eettevredenheid van de consument te verhogen, maar er moet rekening worden gehouden met mogelijke negatieve gevolgen voor de productie-efficiëntie.  

Innovaties die de landbouwer kan toepassen om de marmering in het rundvlees te verhogen, kunnen verband houden met één of een combinatie van de volgende factoren, die onlangs werden besproken door Nguyen et al. 2021 (Veterinary and Animal Science, 14, 100219):  

  • Genetische factoren: Runderrassen met een hoog marmergehalte worden door sommige boeren gebruikt. Bovendien wordt de intramusculaire vetaccumulatie gereguleerd door verschillende geassocieerde genen, en de erfelijkheidsgraad is matig tot hoog en kan dus door selectie worden verhoogd.  
  • Voedingsfactoren: de verhouding krachtvoer/ruwvoer, het al dan niet toedienen van vitaminen (A, C en D) en zelfs het voeren tijdens de dracht zijn cruciale voedingsfactoren die van invloed zijn op de vorming en ontwikkeling van intramusculair vet.  
  • Beheersfactoren: castratie en leeftijd en gewicht bij het slachten zijn enkele voorbeelden van beheersfactoren die van invloed zijn op de marmering.  

De kleur van het vlees beïnvloedt de aankoopbeslissingen, maar welke kleur de voorkeur geniet (lichtrood, intens rood, enz.) kan verschillen naar gelang van de markt of het soort consument. Malsheid houdt verband met de eettevredenheid en beïnvloedt de beslissing om het vlees opnieuw te kopen. Op de boerderij kunnen beide eigenschappen worden gewijzigd door genetische factoren, leeftijd bij het slachten, productiesystemen, voeding…  

  

Netwerk Manager Verfijningen:  

  • Dicteert de markt de eis?  
  • Ontvangt de boer een premie? 

Boeren worden zich meer bewust van de milieu-impact van de veehouderij en ervaren de vraag van overheid en consumenten naar een duurzamere veehouderij. De Europese Green Deal en Farm-to-Fork strategie komen met strakke milieu en klimaatdoelstellingen voor de landbouwsector en beschrijven via het Gemeenschappelijk Landbouw Beleid (GLB) hoe initiatieven beloond kunnen worden. Er zijn grote verschillen tussen landbouwbedrijven en de inspanningen die zij leveren. Vooruitstrevende landbouwers implementeren reeds goede praktijken op hun bedrijf en staan open voor innovatie. Anderen aarzelen meer omdat zij niet zeker zijn van de gunstige effecten, de mogelijke kosten of de impact op hun economische rentabiliteit. Zowel voor landbouwers als voor consumenten en beleidsmakers is het belangrijk de klimaat en milieu-impact van een landbouwbedrijf te kwantificeren, evenals het effect van de duurzaamheidsinspanningen die een landbouwbedrijf heeft geleverd of van plan is te leveren.

Ecologische duurzaamheid omvat uiteraard de koolstofvoetafdruk van een vleeveebedrijf (enterische emissies, koolstofvoetafdruk van diervoeders), maar is breder dan dat. Ook inspanningen op het gebied van biodiversiteit, verbetering van de bodem- en waterkwaliteit, water- en elektriciteitsverbruik zijn belangrijke aspecten van ecologische duurzaamheid. Door koolstoffixatie in de bodem en duurzaam beheer van blijvend grasland kan de koolstofvoetafdruk van de veestapel gedeeltelijk worden gecompenseerd en door goed mestbeheer kan de nutriëntenkringloop op een bedrijf worden gesloten, waardoor minder nutriënten worden aangevoerd en verloren gaan.

In het komende jaar zullen bestaande instrumenten voor het evalueren van ecologische duurzaamheid van vleesveebedrijven in kaart worden gebracht, geëvalueerd en vergeleken. Een voorbeeld is het Franse CAP2ER, dat vorig jaar reeds door verschillende BovINE partners werd gedemonstreerd. Eerst wordt een overzicht gemaakt van bestaande instrumenten, vervolgens worden ze ingedeeld en vergeleken op basis van de indicatoren die ze evalueren. Verder zal in de wetenschappelijke literatuur gezocht worden naar de modellen en aannames die in de tools gebruikt worden om bepaalde effecten en indicatoren te evalueren. Tenslotte worden niet alleen de tools op zich gëevalueerd maar zal in de literatuur en in de praktijk ook gezocht worden naar strategiën om de duurzaamheidsindicatoren in deze tools te verbeteren.

Biodiversiteit is, kort gezegd, de verscheidenheid aan leven in een bepaald gebied. Biodiversiteit omvat niet alleen alle soorten planten en dieren in een ecosysteem, maar ook micro-organismen in de bodem en interacties tussen alle organismen in een ecosysteem. Biodiversiteit komt onder druk te staan door menselijke activiteiten, waaronder intensieve landbouwsystemen en een hoge nutriëntenbelasting.

Conventionele landbouwbedrijven zijn vaak georganiseerd op het hebben van monocultuurgewassen en het zo intensief mogelijk bewerken van land. Biodiversiteit kan een mitigerend effect hebben op externe factoren die de productiviteit op een landbouwbedrijf onder druk zetten, zoals ziektes en plagen, vervuiling en droogte. Het is dus belangrijk landbouwers ervan te overtuigen dat meer diverse landbouwsystemen ook productiviteitsvoordelen kunnen opleveren. Tegelijkertijd zien we meer samenwerking tussen natuurbeschermingsorganisaties en landbouwers, en zijn er meer stimulansen om aan biodiverse landbouw te doen, via de EU-biodiversiteitsstrategie als onderdeel van de Green Deal van de EU, maar ook via lokale overheden.

In het komende jaar zullen innovaties en goede praktijken verzameld worden die boeren in verschillende Europese regio’s kunnen helpen om biodiversiteitsmaatregelen te nemen, op perceelsniveau, op bedrijfsniveau maar ook op regionaal niveau. Deze maatregelen dienen niet enkel gericht te zijn op voedergewassen en graslandbeheer, maar kunnen ook de biodiversiteit in de bodem en de waterkwaliteit verbeteren. Vervolgens is het belangrijk dat landbouwers het effect van hun landbouwpraktijken op de biodiversiteitsindicatoren enerzijds en op hun economische rendabiliteit anderzijds kunnen evalueren. Goede voorbeelden zullen het bewustzijn doen toenemen en andere landbouwers aanmoedigen om te volgen.

Top prioritaire oplossingen voor België: BovINE Bite-Size

BovINE Knowledge Hub

De BovINE Knowledge Hub (BKH) is beschikbaar voor iedereen die betrokken is bij de rundveehouderij en de strategische en praktische uitdagingen waar de sector voor staat. Rundveehouders, landbouworganisaties, adviseurs, onderzoekers en innovatoren kunnen er terecht voor kennis, praktische informatie en op feiten gebaseerde innovaties over de onderling samenhangende thema’s sociaaleconomische veerkracht, diergezondheid & dierenwelzijn, productie-efficiëntie & -kwaliteit, en ecologische duurzaamheid.

Registreer op de BKH om inhoud te bekijken, te becommentariëren en te delen

Over BovINE

BovINE (Innovation Network Europe/Innovatie Netwerk Europa) is opgericht over 10 Europese lidstaten en focust op de noden van 255.000 boeren die de EU vleesvee sector vormen. BovINE pakt duurzaamheids uitdagingen aan die prioritair zijn voor de veehouders, door verschillende stakeholders samen te brengen (zoals vleesveeboeren, landbouworganisaties, adviseurs en wetenschappers).

Dit met als doel het analyseren van praktische innovaties die kunnen geïmplementeerd worden door de Europese vleesvee boeren. BovINE wordt gecoördineerd door Teagasc (Ierland), en baseert zich op een multi-actor aanpak om via een gerichte samenwerking tussen de wetenschappers, adviseurs, boeren en andere relevante actoren/organisaties in de vleesvee industrie kennisoverdracht te verbeteren en het ontwikkelen van oplossingen te versnellen.

BovINE zal zich baseren op de kennis die beschikbaar is in de praktijk over de 4 sleutel thema’s: Sociaaleconomische weerbaarheid, Diergezondheid & -welzijn, Productie efficiëntie & vleeskwaliteit, Klimaat en milieu. 

Gebaseerd op deze 4 thema’s zal BovINE wetenschappelijke bevindingen identificeren die nog niet wijdverspreid toegepast worden op de praktijkbedrijven en de haalbaarheid ervan onderzoeken. Dit door demonstaties te geven op verschillende praktijkbedrijven over heel Europa.

Door de samenwerking tussen vleesvee boeren en onderzoekers te stimuleren, zal BovINE een transnationaal ecosysteem vormen om de kennis overdracht te stimuleren op internationaal niveau, en op die manier de economische leefbaarheid en duurzaamheid te boosten van de Europese vleesvee sector.

Project doelen

Het algemeen doel van het project is het stimuleren en aanmoedigen van kennisoverdracht en de integratie van onderzoek en good practices in praktijkinnovatie op regionaal, nationaal en internationaal niveau tussen de relevante actoren binnen de Europese vleesvee sector.

De specifieke doelen zijn:

  1. Tot stand brengen van een netwerk van Europese vleesvee boeren, landbouworganisaties, wetenschappers, adviseurs, andere landbouwbedrijven, en andere relevante actoren/organisaties, gedreven door de 4 sub thema’s (Sociaaleconomische weerbaarheid, Diergezondheid & -welzijn, Productie efficiëntie & vleeskwaliteit en Klimaat en milieu) en negen nationale/regionale sub-netwerken.
  2. Identificeren en beoordelen van kennisbehoeften van vleesveeboeren, en evalueren van verpreidings kanalen die geschikt zijn om dergelijke kennis te delen, rekening houdend me de regionale/nationale kenmerken.
  3. Een online archief aanmaken (the BovINE knowledge hub (BKH)/BovINE kenniscentrum) van de praktijk klare onderzoeks toepassingen en good practices die eerder geevalueerd werden op het vlak van kosten-baten en de noden van alle spelers in de Europese vleesvee industrie.
  4. Aanmaken en verspreiden van gebruiksklaar materiaal voor de eindgebruiker om good practices en praktijk-klare onderzoeken te demonstreren aan een relevant publiek (vleesvee boeren, adviseurs, beleidsmakers).
  5. Ideeën verzamelen van de eindgebruiker voor verder innovatie-gedreven onderzoek en dit terugkoppelen naar het EIP-AGRI netwerk en beleidsmakers.
  1. Berichtgeving in de media (Boerenbond  Magazine) :  Boer & Tuinder – Nr. 41 (13 Oktober 2022): pg 5-7 BT2241_low_WM_5_7(articlesteakTR)
  2. Berichtgeving in de media (Boerenbond  Magazine) :  Boer & Tuinder – Nr.24.  11 juni 2020.  Blz.22-27 –  Boer&tuinder juni2020
  3. Berichtgeving in de media (Boerenbond Magazine) : Boer & Tuinder n°1 2021 (7 januari  2021) : pg 18-27 – BT2006_WM_10 BT2101_WM_18_27
  4. Berichtgeving in de media (Boerenbond Magazine) : Boer & Tuinder n°6 2020 (6 februari 2020) : pg 10. BT2006_WM_10
  5. Drietand October 2022:

  1. Mei 2021De noden van de Europese rundveehouders bepalen de selectie van prioritaire themavoor het jaar 2021 in het door de EU gefinancierde BovINE-netwerk  210429-BOV-PR03-NL
  2. 15  Juni 2021Praktische “On Farm”-innovaties identificeren die beantwoorden aan de behoeften van de Europese rundveehouders – dat is de missie van het door de EU gefinancierde BovINE-netwerk 210615-BOV-PR04-FINAL(nl)
  3. 22 Maart 2022Duurzaamheid blijft hoog op agenda Europese rundveehouders Belgium 2203-BOV-PR06-Translation
  4. 6 September 2022
    Rundveehouders krijgen sneller toegang tot essentiële kennis om de duurzaamheid van de sector te bevorderen
      220907-BOV-PR07-Belgium_NL
  5. 9 December 2022
    Rundveehouders zijn bereid tot verandering om de duurzaamheid van de sector te bevorderen,bevestigt BovINE 221209-BOV-PR08-Belgium_NL

 

Boviene Acteur Kaarten

BovINE heeft netwerkkaarten gemaakt van de actoren die betrokken zijn bij het kennis- en innovatienetwerk van Beef in elk van de 9 partnerlanden. Klik op de kaart om de netwerkkaart voor een bepaald land te bekijken. 

Partners in België

EL-ILVO

ILVO leidt het technische werkpakket 6 (WP6): Klimaat en duurzaamheid. Dit WP is opgedeeld in 2 thema’s: ‘Reductie van de CO2-voetafdruk bij vleesvee’ en ‘Water gebruik en – kwaliteit’. Elk jaar worden per thema prioriteiten bepaald in overleg met een Technische werkgroep, waar ILVO de lead neemt. Samen met Europese partners worden goede praktijken uit de rundveehouderij en innovaties uit het onderzoek geïnventariseerd die een antwoord bieden op de prioritaire noden. De uitkomsten van dit onderzoek wordt door ILVO gerapporteerd aan het BovINE netwerk.

Daarnaast zal ILVO ook bijdragen aan WP2 – Netwerkvorming en multi-actor aanpak. ILVO zal richtlijnen ontwikkelen voor: (1) het opzetten van de netwerken in het BovINE project, (2) het capteren van noden en goede praktijken vanuit de praktijk door de TWGs, en (3) literatuuronderzoek naar innovaties die aan de noden tegemoetkomen. Daarnaast zal ILVO rapporteren over de netwerk processen en de goede praktijken.

 

Boerenbond

Boerenbond is de belangrijkste landbouworganisatie in Vlaanderen en staat zo in nauw contact met de land- en tuinbouwers. Boerenbond beschikt hiervoor over een uitgebreid netwerk van lokale besturen van vakgroepen, bedrijfsgilden en studiekringen. Via de vakgroepen en studiekringen zullen de aanbevelingen van BovINE besproken worden . De doelstelling is om goede landbouwpraktijken  uit te wisselen , pijnpunten op te pikken en deze aan te kaarten op diverse (politieke) niveaus.

De bedrijfseconomische cijfers van de vleesveehouders zullen een prima aanvulling vormen binnen het economische luik van WerkPakket 1.  De ontwikkelde app rond dierenwelzijn past bij het thema van diergezondheid en dierenwelzijn (WP2) . Binnen het Vlaamse klimaatsbeleidsplan heeft Boerenbond ook een duidelijke stem. Deze discussie komt aan bod in WP 4 dat door ILVO getrokken wordt.

De stem van het typische Belgische Witblauw ras , binnen de andere Europese vleesrassen  mag niet ontbreken in dit verhaal.

Blijf op de hoogte van BovINE

abonneer u op de e-nieuwsbrief

BovINE

Beef Innovation Network Europe

© BovINE, all rights reserved unless stated otherwise.

Please address all mail to:

FAO: Maeve Henchion
The BovINE Project 
Teagasc Ashtown Food Research Centre
Dublin 15
D15 KN3K

Social Media

Stay in touch with us on social channels
EU flag

This project has received funding from the European Union’s Horizon 2020 rural
renaissance programme   |   Project No: 862590 under call H2020-RUR-2019-15